Op reis… met een beetje geluk keer je terug als een ander mens. Zo was het voor Grand-touristen in de achttiende eeuw. Reizend langs oorden waar ‘grote kunst’ werd gemaakt, verruimde hun blik. In die traditie ligt de kiem van de kunstgeschiedenis, de diepgravende interesse voor alles wat mensen gemaakt hebben uit honger naar betekenis.
In deze cursus gaan we – in gedachten – op reis in eigen land terwijl de tijd verstrijkt. We vertrekken bij de zeebodem, diep in de oertijd, zoeken het hogerop op veengronden, zien steden verrijzen en kooplieden zich losmaken uit de grijze massa. Kunstenaars komen tot bloei, verlaten hun nederige status van ambachtsman en begeven zich stilaan naar de periferie van de samenleving.
Vele Jannen komen voorbij: Maelwael, Van Scorel, Vermeer, Mankes en Schoonhoven. Om er een paar te noemen. Maar ook een Peter Paul en een Vincent. En zelfs een enkeling zonder naam.
Inhoud
De cursus geeft in vogelvlucht een indruk van de kunstgeschiedenis, van prehistorie tot in de moderne tijd. We zoeken de kunstenaars van de Lage Landen op, ontmoeten hun opdrachtgevers en volgen hen op hun (soms verre) reizen. Zo komen stromingen en ontwikkelingen aan bod. Veel aandacht gaat daarbij naar achtergronden van waaruit we de kunst kunnen bezien en begrijpen.
De titels van de lessen zijn:
- Waar de kunst begint.
Eeuwenlang werd de beeldcultuur in onze streken beheerst door wonderlijke lijnmotieven. Sterke invloedssferen van buitenaf brachten de kunst in beweging in de middeleeuwen. Jan Maelwael en zijn familie leefden daar goed van, al moesten ze er wel voor naar het buitenland.
- Pioniers van een wereld in beweging.
De zestiende eeuw betekende veel voor onze kunstontwikkeling. Alle blikken waren gericht op de grote kerkelijke opdrachtgevers. Enkele Nederlandse kunstenaars springen door hun eigenzinnige werkwijze in het oog, Jan van Scorel bijvoorbeeld.
- Kunst van hoog niveau, waar iedereen naar kijkt.
Hier werd onderscheidende kunst gemaakt, voor een bijzondere clientèle. We ontmoeten de internationale beroemdheid Peter Paul Rubens, maar ook een bescheidener grootheid: Jan Vermeer.
- Klopt het hart van de kunst hier, of elders?
In de aanloop naar de moderne kunst onderzochten kunstenaars en hun opdrachtgevers hoe zij zich verhielden tot ‘de ander’: uit een ander land, een ander tijdperk of een andere sociale klasse. We kijken naar de rusteloze Vincent van Gogh en de honkvaste Jan Mankes.
- De queeste naar de essentie.
De twintigste eeuw zat vol nieuws. Ook in de kunstwereld zocht men naar oorspronkelijkheid. Kunstenaars wilden al het oude van zich af schudden. Daarvoor kozen ze zeer uiteenlopende methodes. Jan Schoonhoven zocht het minimale, anderen putten zich juist uit in overdaad.
De lessen bestaan uit een uitleg (met vele zijpaadjes en anekdotes) en talloze beelden via powerpoint.
Aan het einde van de cursus ontvangt iedere deelnemer een ‘bookmark reader’: een klein boekje met een compacte samenvatting van al het besprokene.